Winterlingen drie
- Details
De wandelingen dragen in de buik, vaak, een klein verlangen. In februari is dat naar een beetje lente. Want de kou nestelde zich in de botten. De winterjas verloor, moe gedragen, zijn vorm. En het donker van nu kruipt traag naar het licht van maart. Er lijkt haast niets aanwezig waarmee je kan verbinden.
Winterlingen twee
- Details
De wandelingen wilden niet altijd zomaar gewandeld worden. Ze gaven zich aanvankelijk geenszins vanzelf prijs. De te volgen weg, diende gebaand te worden. Viel er geen modder te door ploeteren, dan lag er wel glad ijs, waar ik tóch over moest. Een geluk was het wel, dat de natuur op zich me mild tegemoet kwam. Ze gaf me steeds wat, ook, als ik haar niets in ruil kon bieden.
Winterlingen één
- Details
De wandelingen begonnen eerder toevallig. Een nieuwe streek die zich ertoe leende, wandelknooppunten die ontknoopt wilden worden, het spijtig wegvallen van mijn hardlooproutine. Nooit eerder deed ik dat laatste tegen mijn zin. Lopend door het landschap, beviel mij het tempo, waarmee ik het leven kon aanschouwen. Wandelen vond ik dan ook meer iets voor anderen.