Eigenlijk wil ik in mijn handtas een klein naaikitje stoppen. Gewoon, een setje naalden met daarbij kleine gekleurde spoeltjes, alsook witte en zwarte draad. Er kan nog zo'n mini schaartje bij dat wie weet wel na één keer gebruiken in twee helften uiteen valt. Over het vingerhoedje heb ik nog enige twijfel, omdat ik dat sowieso niet gebruik, ook niet bij het serieuze verstelwerk.

"Je kunt geen hoofd- van bijzaken onderscheiden. Je leeft met je hoofd in de wolken. Je draagt veel te veel met je mee. Je vindt alles te belangrijk". Zulke dingen zeggen mensen tegen me. Met veel verve spreiden zij hun mensenkennis tentoon en werpen dit dan als een deken over me heen. Hoe kan ik nu nog helder denken? Zo in het donker gezet? Hoe kan ik nu nog rustig wikken en wegen of ik voor dat naaikitje kies of toch liever een klein verbanddoosje samenstel? De kans dat ik val met de fiets is namelijk net dat tikkeltje groter dan dat ik een knoop dien aan te naaien in de trein.

Verder is het niet echt iemands zaak, wat ik zoal meedraag. Ik kan je wél zeggen, als je in een maanloze nacht voor je deur staat heb ik een lichtje klaar. Als het regent haal ik een paraplu boven. Als er je een gedicht verschijnt diep ik pen en papier op. En als je honger hebt krijg je m'n appel. Het is misschien niet zo belangrijk, maar het is wel wat in mijn handtas zit.